- vier 'kaartjes' tekenpapier, 10 bij 7 cm
- potlood
- liniaal
- viltstiften of kleurpotloden
- zwart karton voor achtergrond
Bespreek het woord kleurnuance.
Wat moet je doen?
- Teken met dunne zwarte stift een kader op 2 mm van de kant op de kaartjes.
- Teken met potlood een patroon naar keuze op elk kaartje.
- Kleur de kaartjes in volgens de besproken termen.
- Omlijn de patronen met dunne zwarte stift.
- Plak de kaartjes op een zwarte ondergrond.
- Schrijf de geleerde woorden erbij.
Beeldaspecten: kleur, lijn, nuance.