woensdag 30 december 2009

Hollandse schaatspret

Door Brittany, groep 8
Benodigdheden:
  1. lichtblauw en wit papier
  2. donker transparant glanzend papier of sitspapier
  3. plakstift
  4. schaar
  5. meel
  6. kleurpotloden
Prachtige plaatjes van Hollandse landschappen en schaatsers op bevroren plassen vormen het beeldmateriaal bij deze les. Laat winterse foto's zien en bespreek ze. 
Neem een vel lichtblauw papier plak er iets onder het midden donker transparant papier of sitspapier op. Dit is het ijs. Plak hier overheen een vel wit papier waaruit een cirkel is geknipt. Maak de witte vegen op het ijs: trek strepen met een plakstift en strooi er wat meel. Teken boven het ijs een Nederlands landschap.
Teken op een apart vel schaatsers en kleur die stevig in met vrolijke kleurtjes. Knip de schaatsers uit en plak ze op het ijs.

maandag 28 december 2009

Flitsend vuurwerk

Benodigdheden:
  1. zwart papier op A-4 formaat
  2. witte, rode, gele en oranje plakkaatverf
  3. oude tandenborstel
  4. theelepel en schotel
  5. schaar
  6. foto van skyline of bekend bouwwerk
  7. rietje
Kies een plaatje van een herkenbaar bouwwerk of skyline. Print en knip uit. Leg de afbeelding op een zwart vel papier. Verdun witte plakkaatverf met water zodat het vloeibaarder wordt. Doop de tandenborstel in de verf en klop de aanhangende druppels eraf. Neem het theelepeltje in de hand waarmee je schrijft en de tandenborstel in de andere hand. Schraap met het lepeltje over de haren van de tandenborstel en schraap naar jezelf toe. Hierdoor schieten de haartjes van de tandenborstel terug waarbij ze spatjes verf loslaten. Oefen dit eerst op een kladblaadje. Spat nu rondom je afbeelding. Vlakbij de afbeelding spat je dichter, verder weg spat je dunner.


Klaar? Pak de afbeelding weg. Je ziet nu het silhouet van je bouwwerk. Laat dit drogen voor je verder gaat. 
Meng op een schotel gekleurde verf met water zodat het dunner wordt. Laat dan met een kwast een of twee drupjes verf op je werkstuk vallen, maar niet op het silhouet (leg je afbeelding desnoods terug op het zwarte vel). Blaas door het rietje op de druppels verf, zodat ze verspreiden. Herhaal dit net zo vaak als je mooi vindt. Pas goed op, er mag geen gekleurde verf op je silhouet komen. 

Beeldaspecten: nuance (dik-dun spatten), ruimte (negatieve voorstelling).
Technieken: knippen, spatten, verf blazen.

woensdag 23 december 2009

Sneeuwpop close-ups


Benodigdheden:
  1. grijs tekenpapier 15 bij 15 cm
  2. oliepastels
  3. gekleurd karton voor achtergrond
  4. schaar
  5. lijm
Teken drie keer het gezicht (of een deel hiervan) van een sneeuwpop vanuit verschillende gezichtspunten: van bovenaf, frontaal, van onderaf, profiel, ondersteboven enz.
Kleur de tekeningen in met oliepastels en omlijn met zwart. Natuurlijk komen de gekozen kleuren in alle tekeningen terug, het is immers steeds dezelfde sneeuwman!
Plak de sneeuwmannen op gekleurd karton.

Beeldaspecten: kleur, lijn, ruimte (gezichtspunt).
Technieken: kleuren met oliepastel, omlijnen, plakken.

Tekeningen gemaakt door leerlingen van groep 8. 

zondag 20 december 2009

Vuurpijlen

Benodigdheden:
  1. Pringles bus, keukenrol of wc-rol
  2. zwart knutselpapier
  3. restjes papier
  4. stokje
  5. duct tape
  6. draadje
Wat moet je doen?
Beplak de bus of het rolletje met zwart papier. Plak versieringen op de bus van restjes papier. Knip een cirkel uit gekleurd papier en maak hiervan een kegel. Plak deze op de bus. Plak de stok met duct tape vast aan de binnenkant van de buis. Plak een draadje wol onderaan de buis als lont.

woensdag 16 december 2009

Knip(kunst)kerstboom

Benodigdheden:
  1. groen, wit en rood papier op A4 formaat
  2. schaar
  3. plaksel
Wat moet je doen?
Dit stappenplan kunnen leerlingen ook zelfstandig volgen en is zo tevens een les begrijpend lezen. 
  1. Leg het rode en witte vel op elkaar en vouw ze tegelijk over de lengte dubbel. 
  2. Teken een halve kerstboom tegen de vouw en knip uit. Je hebt nu een rode en witte boom.  
  3. Vouw de bomen open; leg de rode even aan de kant. 
  4. Vouw de witte boom weer dicht en knip langs de randen een smal stukje weg. Knip in de witte boom vanaf de vouw patroontjes naar de takken toe. 
  5. Vouw weer open en plak de witte boom op de rode boom. 
  6. Plak het geheel op het groene vel.

zondag 13 december 2009

Kerstengeltjes


Benodigdheden:
  1. zwart tekenpapier op A4 formaat
  2. kleurpotloden in wit, geel, goud en zilver
Wat moet je doen?
Teken op zwart tekenpapier kerstengeltjes die rondvliegen onder een sterrenhemel. Denk goed na over patroontjes in de jurken van de engeltjes, want je hebt maar 3 kleuren!
Maak de tekening helemaal af met een mooi kader: een strakke lijn, stippen of een ingekleurd gouden lijstje!

Door leerlingen van groep 7

zaterdag 12 december 2009

Kerstkleedje


Benodigdheden:
  1. wit tekenpapier van 20 bij 20 cm
  2. liniaal
  3. potlood
  4. zwarte fineliner
  5. rode of groene markeerstift
  6. zwart papier
Dit stappenplan kunnen leerlingen zelfstandig volgen en is zo tevens een les begrijpend lezen. 

Wat moet je doen? 
  1. Verdeel het tekenvel in 16 hokjes van 5 bij 5 cm. Zorgvuldig meten! 
  2. Teken in elk vakje een kerstfiguurtje. 
  3. Kleur deze figuurtjes, net als bij een dambord, om en om in: òf de achtergrond òf het figuurtje zelf wordt rood (of groen). 
  4. Omlijn tot slot alle figuurtjes, details en vakken met zwarte fineliner. 
  5. Plak je tekening op een zwarte ondergrond.
Door leerlingen van groep 8


woensdag 9 december 2009

Kubistische kerstboom


Benodigdheden:
  1. wit tekenpapier op A4 formaat
  2. liniaal
  3. plakkaatverf: blauw, rood, geel, wit
  4. kwasten
  5. goud- en zilverkleurige markeerstift
Teken een grote pagina vullende driehoek. Meet af vanuit de middenlijn van het vel. Trek met de liniaal schuine lijnen over het hele tekenvel: van boven naar beneden, van links naar rechts, van boven naar de zijkanten enz.
Kleur de boomvlakken in met groentinten (zelf mengen!) en de achtergrond met warme mengkleuren. Werk samen door elkaars gemengde kleuren te gebruiken.
Als alles droog is, trek je de lijnen binnen de boom met een zilverkleurige markeerstift over en de lijnen buiten de boom met goudkleurige stift.

Beeldaspecten: vorm, lijn, kleur, nuance.
Technieken: werken met een liniaal, tekenen van geometrische vormen, mengen van kleuren en daarin nuance aanbrengen, schilderen, omlijnen.
 

zondag 6 december 2009

Glas in lood raam in Mondriaanstijl voor Kerst


Benodigheden:
  1. zwart knutselpapier van 20 bij 20 cm
  2. vloeipapier in rood, groen en wit
  3. passer
  4. wit potlood
  5. liniaal
  6. snijmesje
  7. snijmat
  8. lijm
Laat foto's van glas-in-loodramen zien. Waar vind je dit soort ramen? Hoe werden ze gemaakt?
Laat modern werk van Mondriaan zien. Welke kleuren gebruikte hij? Welke vormen zie je?

De kinderen maken een glas-in-lood raam van papier; in de stijl van Mondriaan, maar in kleuren die passen bij Kerstmis.



Elke leerling krijgt een vel zwart knutselpapier van 20 bij 20 cm. Bepaal eerst de vorm: vierkant of rond. Voor een ronde vorm trek je met een passer een zo groot mogelijke cirkel op het zwarte papier. Daarna teken je nog een cirkel die ca. 1,5 cm van de buitenste is verwijderd. Dit is het frame van het raam.
Wil je een vierkant raam, trek dan een kader op 1,5 cm van de buitenranden. Dit is je frame.

Teken vierkanten en rechthoeken binnen het frame. Gebruik hiervoor een wit potlood en een liniaal. Zorg dat de lijnen 1 cm breed worden. Zet grote kruisen in de vakken die uitgesneden moeten worden.

Snijd de vakken met het kruis uit. Gebruik een ijzeren liniaal om langs te snijden.
Als je klaar bent, gebruik je het raamwerk als mal voor het vloeipapier. Leg het raampje op het vloeipapier en trek een rechthoekje om. Knip het uit met 0,5 cm extra aan alle kanten; dit is je plakstrook. Plak de stukjes vloeipapier achter het raampje terwijl je erop let dat je de kleuren afwisselt.

Beeldaspecten in deze les: vorm, lijn, kleur.
Technieken: snijden, knippen+plakken, werken met een liniaal. 

woensdag 2 december 2009

Winterjas van stof

Benodigdheden:
  1. patroon winterjas
  2. stof
  3. knopen, bandjes, restjes stof
  4. dunne en dikke naalden
  5. restjes wol
  6. naaigaren
  7. textiellijm
  8. karton
Kopieer het patroon van de jas naar Word, vergroot het en print het uit. Knip de jas uit het papier.
Leg de stof dubbel en speld het patroon op de stof met het midden van de jas tegen de stofvouw aan. Knip rondom het papier de jas uit de stof. Werk de jas af op de naaimachine of lockmachine.
Versier de jas  door er knopen op te naaien, zakjes of manchetten op te plakken/naaien, randjes op te borduren enz.  Laat je fantasie de vrije loop! Als je klaar bent plak je je jas op een groot vel karton!

Beeldaspecten in deze les: textuur.
Technieken: borduren, naaien, stof knippen.